Faalangst. Iedereen kan zich wel iets voorstellen bij het woord. Misschien doet het woord je denken aan een spreekbeurt die je moest geven op de middelbare school. Of misschien herinner je je die ene keer dat je een black-out had tijdens een tentamen. Een enkele keer zoiets meemaken, is vervelend maar het heeft geen grote gevolgen. Voor veel studenten is het echter zo dat faalangst een terugkerend en zelfs groeiend probleem is. Het gaat dan al lang niet meer over ‘zenuwachtig zijn’. Er ontstaat een patroon waarbij primaire reacties zoals vluchten of bevriezen optreden.
Groot probleem
Uit onderzoek (Litjens & Ruijfrok, 2019) blijkt dat 57% van de studenten in Nederland een ongezond hoog stressniveau ervaart en dat 34% gebukt gaat onder psychisch gerelateerde klachten. Binnen die psychisch gerelateerde klachten treffen we op de eerste plaats: concentratieproblemen. Op de tweede plaats staat faalangst (23% van de studenten). Zo’n percentage is niet echt tastbaar. Echter, wanneer je je realiseert dat in elke klas in het hoger onderwijs zo’n zes studenten hiermee worstelen, gaat zo’n getalletje toch flink schuren.
Is het dan zo dat hogescholen en universiteiten meer van hun studenten verwachten dan voorheen? Ik denk persoonlijk dat dit niet het geval is. In de afgelopen tien jaar heb ik gezien dat studenten minder toetsen krijgen, minder literatuur hoeven te lezen en minder lesuren hoeven bij te wonen. Wat wel speelt, is dat studenten het veel drukker hebben dan ooit: hun wereld is ingrijpend veranderd. Daarover schreef ik eerder dit stuk.
Complexe angst
Faalangst is een verzamelterm voor verschillende soorten en maten. Zo bestaan onder andere cognitieve, sociale en motorische faalangst (Psychologen Nederland BV, n.d.). Cognitieve faalangst komt voor wanneer iemand bijvoorbeeld een examen moet afleggen. De persoon is bang dat hij het niet kan of niet voldoende heeft gestudeerd. Sociale faalangst heeft te maken met relaties met anderen. Gedachten als “wat zullen ze wel niet van me vinden” of “straks denken ze dat ik dom ben” kunnen dan voor komen. Motorische faalangst heeft te maken met fysieke taken, denk aan sporten, maar ook aan andere dingen zoals iets met je handen maken.
Faalangst is niet voor iedereen hetzelfde. Er is verschil tussen een actieve en een passieve categorie (Vloeberghs, 2015). De actieve faalangstigen proberen de angst onder controle te houden door heel erg hard hun best te gaan doen. Studenten met deze categorie faalangst studeren dus tot ze er bij neer vallen. Vaak levert dit heel aardige resultaten op, maar ten koste waarvan? De passieven proberen de angst onder controle te houden door alles te vermijden wat met de angstprikkel te maken heeft. Dit soort studenten ontwijkt hun studie. Voor de buitenwereld is dat niet altijd duidelijk, ze staan immers nog steeds ingeschreven bij de opleiding, ze zijn ‘bezig’, maar ze doen geen échte poging om te slagen.
Er zijn dus verschillende soorten, verschillende categorieën, maar er zijn ook verschillende oorzaken (Vind-een-Therapeut.nl, n.d.). Faalangst die is ontstaan uit bijvoorbeeld een laag zelfbeeld zit weer net iets anders in elkaar dan faalangst die is gekoppeld aan overmatig perfectionisme. Faalangst die is ontstaan doordat het zelfvertrouwen is geschaad door een of meerdere tegenvallers, is ook weer anders dan faalangst die voortkomt uit een angst voor afkeuring. En dan zijn er ook nog allerlei mixvormen denkbaar.
One-size-fits-all oplossing?
Onderwijsinstellingen bieden vaak een workshop die je leert omgaan met je faalangst. Veel studenten vinden hierin enkele eerste handvatten. Of ze hun faalangst met een one-size-fits-all aanpak voldoende kunnen oplossen, is de vraag. Zoals geschetst is faalangst een complexe angst. Er zijn verschillende soorten, categorieën en oorzaken en dan hebben we het nog niet gehad over de kenmerken/klachten die in verschillende combinaties kunnen optreden. Eerste handvatten hebben vaak te maken met voldoende ontspanning en een realistische planning. Maar daarna wordt het toch echt maatwerk, met nadruk op beide lettergrepen. “Maat” omdat de oplossing voor het grootste gedeelte afhankelijk zal zijn van de situatie van de individuele student. En “werk” omdat het voor de student een taaie klus zal zijn. Faalangst reduceren gaat samen met uit je comfortzone treden en dat is gewoonweg niet leuk.
Wat ook iemands situatie is, wat ook de oorzaken zijn, ik ben van mening dat studenten – maar ook mensen die al aan het werk zijn – niet dezelfde angst hoeven blijven te ondergaan. Als je klachten ervaart, kom in actie. Laat je niet afschepen met dooddoeners (zoals in de foto) of door toxische positievelingen die jou niet serieus nemen. Er is hulp, via de onderwijsinstelling of gewoon via een coach of een psychotherapeut.
Referenties
Litjens, B., & Ruijfrok, N. (2019). Analyse Studentenwelzijn. Utrecht: Interstedelijk Studenten Overleg.
Psychologen Nederland BV. (n.d.). Faalangst: krijg grip op jouw faalangst. Opgeroepen op september 17, 2021, van Vind direct een psycholoog bij jou in de buurt: https://www.psyned.nl/angsten/soorten-angst/faalangst/
Vind-een-Therapeut.nl. (n.d.). Faalangst therapie symptomen overwinnen. Opgeroepen op september 17, 2021, van Vind een therapeut psychotherapeut coach of psycholoog: https://www.vind-een-therapeut.nl/behandeling/faalangst.html
Vloeberghs, I. (2015). Focus op faalangst. Brussel: Uitgeverij UPA.
Credits foto: Ian Kim
Geef een reactie